Ardea
Official journal of the Netherlands Ornithologists' Union

login


[close window] [previous abstract] [next abstract]

Ernst P. (1991) The influence of winter goose grazing on dry-matter yields of grassland in North-Rhine-Westphalia. ARDEA 79 (2): 187-190
Dit artikel geeft de resultaten van proeven in Noord-Rijn Westfalen, naar het effect van begrazing van grasland door ganzen tijdens de winter. Deze begrazing vond plaats door ganzen in kooien. Het effect werd bepaald aan de hand van vergelijkingen tussen opbrengsten bij de eerste drie maaibeurten (drooggewicht) na begrazing, waarvan de laatste ongeveer in het midden van juli plaatsvond. Bij een graasintensiteit tot 1.500 ganzendagen per ha kon geen opbrengstverlaging worden aangetoond (Tabel 1). Een graasintensiteit van 3.000 ganzendagen per ha of meer leidde tot een opbrengstverlaging van minstens 10% bij de eerste maal maaien, maar had geen effect meer bij volgende maaibeurten (Tabel 1 & 2). Overstroming in februari na een begrazing van 3.000 ganzendagen leidde tot een nog grotere opbrengstverlaging, maar alleen bij de eerste maal maaien (Tabel 3 & 4). Er was geen aantoonbaar verband tussen de opbrengst en de periode van begrazing. De opbrengstdaling na een begrazing van 3.000 ganzendagen per ha is zeer variabel, wellicht door variabele groeiomstandigheden in maart en april. De sterkste daling trad op bij gunstige groeiomstandigheden.


[close window] [previous abstract] [next abstract]