Ardea
Official journal of the Netherlands Ornithologists' Union

login


[close window] [previous abstract] [next abstract]

Vanermen N., Stienen E.W.M., De Meulenaer B., Van Ginderdeuren K. & Degraer S. (2009) Low dietary importance of polychaetes in opportunistic feeding Sanderlings Calidris alba on Belgian beaches. ARDEA 97 (1): 81-87
De aantallen Drieteenstrandlopers Calidris alba en hun foerageergedrag werden onderzocht op vijf verschillende stranden langs de Belgische kust. De aandacht ging hierbij onder meer uit naar het belang van de Gemshoornworm Scolelepis squamata (een borstelworm) in het menu. Gemiddeld bevonden zich op de stranden 10,0 Drieteenstrandlopers per strekkende kilometer. Hiervan was 87,8% actief met voedsel zoeken. De grootste aantallen strandlopers waren aanwezig van 2 uur voor tot 4 uur na laagwater. Er werd onderscheid gemaakt tussen twee foerageermethoden: het boren naar borstelwormen en het pikken naar aangespoeld organisch materiaal. Aanspoelsel (vooral kleine insecten en aangespoelde schelpdieren) werd gedurende de hele getijdencyclus opgepikt. Daarentegen werden borstelwormen in een korte periode rond hoogwater gepakt. Op dat moment bereikt het water de zone waar de Gemshoornwormen in hoge dichtheden voorkomen. Een schatting gebaseerd op onze waarnemingen geeft aan dat borstelwormen elke getijdencyclus voorzien in 2–9 % van de dagelijkse energiebehoefte van een Drieteenstrandloper. Het belang van wormen in de energievoorziening van de Drieteenstrandlopers in België lijkt dus beperkt te zijn. Deze veronderstelling wordt versterkt door de waarneming dat de strandlopers het minst actief zijn in de periode dat ze de wormen het gemakkelijkst kunnen pakken.


[close window] [previous abstract] [next abstract]