Ardea
Official journal of the Netherlands Ornithologists' Union

login


[close window] [previous abstract] [next abstract]

Bollman K., Reyer H.U. & Brodmann P.A. (1997) Territory quality and reproductive success: Can water pipits Anthus spinoletta assess the relationship reliably? ARDEA 85 (1): 83-98
Het broedsucces van vogels kan afhankelijk zijn van verschillen tussen territoria wat betreft voedselrijkdom, veiligheid voor nestpredatoren en microklimatologische omstandigheden bij het nest. Echter, in veel biotopen zijn deze kwaliteitskenmerken van de broedterritoria, en daarmee het verwachte broedsucces, moeilijk te schatten op het moment dat een territorium wordt gevestigd. In deze studie wordt een poging ondernomen om de kwaliteit te meten van de broedterritoria van Waterpiepers in de Zwitserse Alpen, en deze te relateren aan vestigingspatronen en broedsucces. Binnen het studiegebied bestonden grote verschillen in rijkdom aan voedsel (voornamelijk insecten) tussen de verschillende vegetatietypen waar Waterpiepers gebruik van maakten. Er was een toename in voedselrijkdom in de loop van het broedseizoen en voedselrijkdom per territorium was negatief gecorreleerd met de mate van sneeuwbedekking bij het begin van het broedseizoen. De meeste ♂♂ kwamen voor de ♀♀ in het studiegebied aan, en beide seksen vestigden zich in voedselrijke gebieden eerder dan op relatief voedselarme plaatsen. Vroege ♂♂ bezetten ook grotere territoria, en vroeg arriverende ♀♀deden er langer over om vanaf vestiging met de eileg te beginnen dan latere ♀♀. Maar broedselgrootte en het aantal jongen dat per broedpoging en per seizoen werd geproduceerd waren niet gecorreleerd met voedselrijkdom, territoriumgrootte, tijd tussen aankomst en eileg en de leeftijd van ♂♂ of ♀♀. Het enige dat verband hield met broedsucces was de mate van nestpredatie, maar deze factor was op geen enkele manier gecorreleerd met de omgevingsvariabelen. De vogels zelf konden de kwaliteit van het territorium of broedsucces kennelijk ook niet voorspellen want het vestigingspatroon van beide seksen had niets te maken met de latere nestpredatie. De auteurs bespreken de redenen waarom Waterpiepers territoriumkwaliteit niet kunnen meten op het moment dat ze hun keuze moeten maken, en wat voor alternatieven ze hebben om zich op dat moment toch ergens te vestigen.


[close window] [previous abstract] [next abstract]