Ardea
Official journal of the Netherlands Ornithologists' Union

login


[close window] [previous abstract] [next abstract]

Laursen K., Holm E. & Sorensen I. (1997) Pollen as a marker in migratory warblers, Sylviidae. ARDEA 85 (2): 223-231
Verschillende zangvogelsoorten bezoeken in het voorjaar bloemen op zoek naar nectar, stuifmeel en insecten (Fig. 2). Een knobbel van kleverig stuifmeel kan zich daarbij aan de basis van de snavel vormen (Fig. 1). Door de samenstelling van het stuifmeel te onderzoeken kan worden nagegaan welke plantensoorten door de vogel zijn bezocht op zijn trektocht in het voorjaar. De auteurs hebben dit gedaan voor een vijftal soorten (Tjiftjaf, Fitis, Braamsluiper, Zwartkop en Tuinfluiter) die ze met mistnetten vingen op verschillende traditionele plaatsen in Denemarken (Fig. 3). Ook tijdens de najaarstrek is gevangen, maar in totaal werd er slecht een dier gevangen dat stuifmeel op zijn snavel had, en dat stuifmeel bleek afkomstig van de voorjaarstrek. De meeste dieren met stuifmeelknobbels werden gevangen in mei (Tabel 1), wat goed overeenkwam met de piek in de voorjaarstrek (Tabel 2). Op een totaal van 766 in het voorjaar gevangen vogels waren er 14 met stuifmeelknobbels (Tabel 3). Er bleken geen verschillen tussen de vangplaatsen in West- en Oost Denemarken (Fig. 3), wat betreft de timing van de voorjaarstrek (Tabel 2), het percentage dieren met stuifmeelknobbels en het moment waarop deze werden gevangen (Tabel 4). Er waren wel duidelijke verschillen in de plantensoorten die de verschillende soorten hadden bezocht (Tabel 5). De Tjiftjaf, de vroegste soort van het vijftal, bleek alleen Eucalyptus bomen te hebben bezocht, een recent massaal in het Mediterrane gebied aangeplante boomsoort. De later doorkomende Fitis, Braamsluiper en Zwartkop bleken ook veel in sinaasappelbomen te hebben gefoerageerd, een boomsoort die eveneens beperkt is tot het Mediterrane gebied. Omdat individuele vogels zelden stuifmeel van beide soorten op hun snavel hadden, veronderstellen de auteurs dat de dieren maar een korte stop maken in het Mediterrane gebied, of zich misschien op een bepaalde plantensoort specialiseren. De laatst doorkomende vogelsoort, de Tuinfluiter, vertoont een heel ander gedrag: op de snavel van elke individu is stuifmeel van een groot aantal plantensoorten te vinden. Hoewel je veel individuen moet vangen om er een paar met stuifmeel in handen te krijgen is uit het bovenstaande toch duidelijk dat de techniek een grote potentie heeft om aanvullende inzichten over de trek van deze kleine zangvogels te verkrijgen.


[close window] [previous abstract] [next abstract]